Karakter eigenschappen

Vogels hebben net als mensen verschillende karakters. Het is dus de kunst om te achterhalen wat voor karakter je vogel heeft. Met betrekking tot zang/ prestatie kunnen de vogels over het algemeen worden ingedeeld in vijf verschillende groepen van karaktereigenschappen.
In eerste instantie zal niemand je direct kunnen vertellen welke eigenschap van toepassing is op je vogel. Pas na zorgvuldige observatie kan men het karakter van een vogel vaststellen.
Ten gevolge van kweek, levensjaren/ -ervaringen, kan een vogel evolueren tot een andere karaktereigenschap. Ondanks dit leer-/ evolueer proces blijft hij zijn basis mentaliteit behouden. Er zijn een 5-tal karakter eigenschappen te herkennen bij de Surinaamse Vogels:

1.) Boxer/ Vechtersbazen
Vechtersbazen, ook wel “Boxer” genoemd zijn vogels die van nature uit heel agressief is. Een boxer verdedigd zijn territorium door agressief aan te vallen, zodra hij een andere soortgenoot ziet.

2.) Doelloze zanger
Een doelloze zanger is een vogel die de hele dag door blijft fluiten. Als zo’n vogel licht ziet begint hij te fluiten en stopt pas als het donker is.
Vaak zijn dit gewilde vogels, vooral bij kwekers die niet veel vogels hebben en/of geen specifiek doel hebben, zoals wedstrijden en/of toernooien. Een dergelijke vogel kan natuurlijk ook zeer ongewenst zijn als hij bijvoorbeeld niet de juiste slag fluit, terwijl je slag-vogels kweekt.
Broed-vogels zijn over het algemeen “ doelloze zangers”. Mijn filosofie is dat deze vogels geen besef hebben van natuurlijke angst en/of dreigingen, omdat ze altijd in een zeer veilige omgeving hebben geleefd, namelijk thuis.
Echter er zijn ook “broedvogels” die hele goede wedstrijdvogels kunnen worden/ zijn, maar ook hier geldt dat de overige eigenschappen en kweekwijze een significante rol spelen. Het gebeurd regelmatig dat men een “doelloze zanger” (bewust) verward met een “wedstrijdvogel”

3.) Docent /Maker
Uiteraard zijn er vogels die als coach/ maker worden aangemerkt, waarbij het doceren/ opleiden van jonge vogels centraal staat. Deze coaches/ makers zijn over het algemeen oudere vogels die heel goed de slag kunnen fluiten en daar waar nodig direct corrigerend optreedt bij een “valse” slag van een jonge vogel. Een goede coach/ maker dwingt vaak een jonge vogel de juiste slag te fluiten door de gehele dag corrigerend op te treden als een verkeerde slag wordt gefloten.

4.) Coach/ Voorzanger
Een voorzanger heeft een zeer goede band met de wedstrijdvogel. Samen kunnen ze een goede “koor” vormen. De voorzanger geeft vaak de maat/ tempo aan waar een wedstrijdvogel zich aan moet houden tijdens een wedstrijd

5.) Wedstrijdvogel
Als wedstrijdvogel moet je lef en durf hebben om tegen een andere vogel op te fluiten op 50 cm afstand. Bovendien mag de wedstrijdvogels zijn zang/ fluitpatroon niet aanpassen aan de zang/ fluitpatroon van de andere vogel. Bovendien moet je je vogel kunnen begeleiden om op aangeven tijdstippen te gaan fluiten en dan ook in een (zeer) hoog tempo. Vaak lukt het laatst genoemde niet. Het gebeurd regelmatig dat men een “doelloze zanger” (bewust) verward met een “wedstrijdvogel”